LinkedInYouTubeTwitter

Kinderopvang door scholen

boekicoonOnlangs heeft Penta Rho onderzoek gedaan naar kinderopvang door scholen. Iedere school doet dat op zijn eigen manier. De resultaten zijn informatief voor zowel startende scholen als ondernemers in de kinderopvang.

 

Een aantal schoolbesturen die kinderopvang in eigen beheer organiseert is verenigd in een landelijke "Kopgroep Kinderopvang in eigen beheer". Penta Rho onderzocht de beweegredenen, knelpunten en gekozen oplossingen van deze scholen. Onderstaand de resultaten.

 

Inhoud en kwaliteit

Het in "eigen beheer" organiseren van kinderopvang door scholen, biedt kansen voor het creëren van een doorlopende leerlijn. De meeste onderzochte schoolbesturen kiezen ervoor om zich te richten op kinderen van 2-12 jaar. Dit past in de landelijke ontwikkeling van het opstarten van een 0-groep. Daarnaast zijn er enkele schoolbesturen die zich ook op kinderdagopvang van 0-4 jaar richten.

 

De schoolbesturen noemen inhoud en kwaliteit als belangrijke redenen om kinderopvang in eigen beheer te organiseren. De ondervraagde schoolbesturen zijn er ook van overtuigd dat het hun concurrentiepositie verbetert. Ouders kiezen niet alleen voor de kwaliteit van de school, maar ook voor de kwaliteit van de kinderopvang.

 

In 2007 hebben de meeste onderzochte schoolbesturen gekozen voor het makelaarsmodel . In de navolgende jaren hebben de aangetrokken kinderopvangorganisaties in de ogen van de onderwijspartijen onvoldoende hun meerwaarde aangetoond. De kinderopvang is bijvoorbeeld volgens hun pedagogisch onvoldoende op het onderwijs afgestemd. Of de afstemming over de dagelijkse gang van zaken kost relatief veel tijd. Door de kinderopvang zelf te organiseren hebben schoolbesturen de regie over het pedagogisch beleid, de gebruikte methodieken en het activiteitenpakket.

 

Een belangrijke uitdaging binnen het activiteitenpakket is de integratie van activiteiten op het gebied van sport en cultuur in de buitenschoolse opvang. Ook het binden en boeien van de groep van 8-12 jarigen is een aandachtspunt.

 

Financiële en juridische haalbaarheid

Voordat een schoolbestuur overgaat tot het opzetten van een eigen kinderopvangorganisatie is het van belang om de haalbaarheid te toetsen, zowel op financieel als juridisch gebied. Is er genoeg bezetting om de beoogde locaties rendabel te kunnen exploiteren? Door het uitvoeren van een financiële analyse wordt duidelijk wat de bandbreedte is waarbinnen een schoolbestuur kan werken. Kan de beoogde kwaliteit van de kinderopvang  ook gerealiseerd worden?

 

De meeste schoolbesturen financieren de eerste investering van de kinderopvang door het inzetten van private middelen van de onderwijsorganisatie. Een enkel schoolbestuur trekt hiervoor een externe financier aan. Andere schoolbesturen hebben  de eerste investering gefinancierd vanuit een gemeentelijke subsidie.

 

Bij het opzetten van de kinderopvangorganisatie kunnen schoolbesturen kiezen voor drie juridische structuren. Een minderheid van de schoolbesturen kiest ervoor de kinderopvang te organiseren vanuit de eigen onderwijsstichting. Wanneer hiervoor gekozen wordt is een belangrijk aandachtspunt dat de financiële stromen tussen onderwijs en kinderopvang duidelijk gescheiden zijn.  De meeste schoolbesturen richten vanuit de onderwijsstichting een nieuwe stichting op. Er is in deze dan geen  winstoogmerk. Eventuele winst uit de kinderopvang wordt bijvoorbeeld gebruikt om verlieslijdende locaties financieel aan te vullen. Een enkel schoolbestuur heeft ervoor gekozen om een BV op te richten om zo de winst uit de kinderopvang terug te kunnen laten vloeien naar het onderwijs. Overigens benadrukken alle schoolbesturen dat financieel verlies van de kinderopvangorganisatie geen gevolgen voor het onderwijs heeft.

 

Zowel de sector onderwijs als kinderopvang zijn niet BTW-plichtig. Echter, wanneer het schoolbestuur bijvoorbeeld facilitaire zaken regelt voor de kinderopvangorganisatie, worden de kosten doorbelast inclusief de BTW. Het e.e.a kan opgelost worden door een fiscale eenheid te vormen met de kinderopvangorganisatie, waarbij organisatorische, financiële en economische verwevenheid aangetoond dient te worden aan de belastingdienst.

 

Opzet organisatie

In alle gevallen is het bestuur van de kinderopvangorganisatie gelijk aan het bestuur van de onderwijsstichting. Vervolgens kiezen de schoolbesturen verschillende modellen voor aansturing op management en locatieniveau. De meeste schoolbesturen trekken een medewerker aan die op managementniveau verantwoordelijk is voor de kinderopvang. Een andere keuze is het  management door een bestaande kinderopvangorganisatie uit te laten voeren middels een onderaannemersconstructie. Op locatieniveau stuurt in de helft van de gevallen een coördinator kinderopvang de werknemers aan. Bij de andere schoolbesturen ligt die taak bij de schooldirecteur.

De meeste schoolbesturen kiezen ervoor om het personeel in eigen dienst te nemen, met uitzondering van een enkel schoolbestuur dat met een onderaannemer werkt. Alle schoolbesturen willen graag werken met combinatiefuncties: de werknemers in de kinderopvang krijgen meer contracturen en de kwaliteit van het onderwijs wordt verbeterd. Echter, onderwijs werkt met de CAO primair onderwijs en kinderopvang met de CAO kinderopvang of welzijn. Een schoolbestuur dat de kinderopvang in de eigen stichting heeft ondergebracht heeft ervoor gekozen om alle werknemers onder te brengen in de CAO primair onderwijs. Dit is weliswaar een relatief dure oplossing, maar het werken met combinatiefuncties komt wel van de grond. Een andere keuze is om de uren die gewerkt worden binnen onderwijs en kinderopvang te betalen volgens de twee CAO’s.

 

Huisvesting

De meeste schoolbesturen hebben de beschikking over leegstaande lokalen die exclusief voor kinderopvang gebruikt kunnen worden. Schoolbesturen dienen hiervoor kale huur af te dragen aan de gemeente. Echter,  het geluid wordt ook gehoord dat deze huurbedragen te hoog zijn wanneer een schoolbestuur besluit om kinderopvang in eigen beheer te organiseren zonder winstoogmerk.

 

Schoolbesturen kunnen er ook voor kiezen om geheel integraal gebruik te maken van het schoolgebouw: de kinderopvang heeft geen eigen ruimtes en alles vindt plaats in medegebruik.  De afnemende leerlingenaantallen en het ontstaan van leegstand in scholen biedt kansen voor het huisvesten van kinderopvang. Het is van belang om in een vroeg stadium met de gemeente af te stemmen over de huisvestingssituatie nu en in de toekomst.

 

Maatwerk

Uit het onderzoek komt naar voren dat het opzetten van een eigen kinderopvangorganisatie maatwerk is. De ondervraagde schoolbesturen zijn pioniers op dit gebied. En hoewel zij voor de meeste knelpunten inmiddels oplossingen hebben gevonden, merken zij op dat aanpassingen in de wet- en regelgeving zeer wenselijk zijn. Maar ook zonder deze aanpassingen zijn de ondervraagde schoolbesturen tevreden over de gekozen koers en raden zij andere schoolbesturen aan hun voorbeeld te volgen.

 

Auteur

Karin Soldaat

Penta Rho

 

Meer informatie

Over de Kopgroep Kinderopvang in Eigen beheer, zie hier

Over kinderopvang, zie hier

 

 

Reactie toevoegen

Plain text

  • Geen HTML toegestaan.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
CAPTCHA Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.